Image
Moeite met rondkomen

Armoede en rondkomen

Samenvatting

Kinderen

  • 8.000 kinderen en jongeren groeien op in een gezin met een inkomen onder de Utrechtse armoedegrens
  • 4.100 kinderen leven in een huishouden dat moet rondkomen van een inkomen op bijstandsniveau
  • Kinderen uit een eenoudergezin leven vaker dan gemiddeld in armoede
  • Kinderen die wonen in Overvecht leefden in 2020 het vaakst in een gezin met inkomen tot de Utrechtse armoedegrens (125% WSM)
  • Kinderen in een gezin met lage welvaart hebben vaker een minder goede gezondheid en leefstijl
  • Kinderen in een gezin met lage welvaart hebben minder vaak een goed ervaren gezondheid

Jongeren

  • 12% van de jongeren woont in een huishouden met een inkomen onder de armoedegrens
  • 3% van de Utrechtse jongeren ervaart moeite met rondkomen in het gezin
  • Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, voelen zich vaker gestrest
  • Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, hebben vaker een ongunstige gezondheid

Jongvolwassenen

  • Drie op de tien jongvolwassenen hebben weinig controle over hun geldzaken
  • 22% van de jongvolwassen Utrechters geeft aan dat ze schulden hebben
  • 37% van de jongvolwassenen heeft moeite om alles te betalen wat moet
  • Jongvolwassenen die wonen in de wijk Overvecht hebben vaker moeite om alles te betalen wat moet

Volwassenen: financiële situatie

  • 22.700 huishoudens leven van een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens
  • 6,5% van de Utrechters heeft geregistreerde problematische schulden
  • Een kwart van de volwassenen heeft moeite met rondkomen
  • Het percentage volwassenen dat moeite heeft met rondkomen is toegenomen tussen 2020 en 2022
  • De helft van de Utrechters met basisonderwijs of vmbo heeft moeite met rondkomen
  • Moeite met rondkomen komt vaker voor bij migranten en kinderen van migranten
  • Volwassenen die wonen in Overvecht, Binnenstad en Oost hebben vaker moeite met rondkomen

Volwassenen: samenhang moeite met rondkomen en gezondheid

  • Volwassenen die moeite hebben met rondkomen hebben vaker gezondheidsproblemen
  • Volwassen die moeilijk kunnen rondkomen ervaren ruim drie keer vaker onvoldoende regie over hun leven
  • Volwassenen die moeite hebben met rondkomen hebben vaker een slechtere gezondheid en woonomgeving vergeleken met volwassenen die geen moeite hebben met rondkomen
  • Utrechters die moeilijk kunnen rondkomen hebben vaker een minder gezonde leefstijl

Ouderen: financiële situatie

  • Een kwart van de 65-plus huishoudens leeft van een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens
  • 4% van de 65-plus huishoudens heeft geregistreerde problematische schulden
  • Een op de zes Utrechtse ouderen heeft moeite met rondkomen
  • 65-plussers met basisonderwijs of vmbo en migrantenouderen hebben vaker moeite met rondkomen
  • Ouderen die wonen in de wijken Noordwest en Overvecht hebben vaker moeite met rondkomen

Ouderen: samenhang moeite met rondkomen en gezondheid

  • Ouderen die moeite hebben met rondkomen hebben vaker gezondheidsproblemen
  • Ouderen die moeilijk kunnen rondkomen hebben vaker een minder gezonde leefstijl 
  • Ouderen die moeite hebben met rondkomen hebben ruim anderhalf keer vaker een slecht ervaren gezondheid
Wat houdt het in?

Armoede en gezondheid beïnvloeden elkaar

Armoede en gezondheid beïnvloeden elkaar op verschillende manieren. Sommige mensen kunnen door gezondheidsproblemen minder werken, waardoor ze leven van een laag inkomen of van een uitkering. Tegelijkertijd kunnen financiële problemen zoals schulden of moeite hebben met rondkomen tot psychische en lichamelijke gezondheidsproblemen leiden. Het kan stress, slapeloosheid of depressies veroorzaken.

Wat verstaan we onder armoede?

In de Utrechtse armoedeaanpak is armoede gedefinieerd als het hebben van een inkomen tot 125% van het wettelijk sociaal minimum (WSM). Binnen deze groep kijken we ook naar een inkomen tot 101% van het WSM, dit komt overeen met bijstandsniveau. Armoede is breder dan dat en gaat ook over te weinig te besteden hebben om goed mee te kunnen doen in de samenleving. Of over de kinderen niet kunnen bieden wat ze nodig hebben. Het hebben van een laag inkomen is een objectieve maat en wordt daarom gebruikt.

Wat is het wettelijk sociaal minimum?

Het wettelijk sociaal minimum (WSM) is het bedrag dat iemand minimaal nodig heeft om van te leven. Hoe hoog dit bedrag is, stelt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vast. Afhankelijk van leeftijd en leefsituatie (bijvoorbeeld of iemand samenwoont), is het WSM lager of hoger.

Armoede gaat vaak van de ene generatie over op de volgende

Door meerdere factoren gaat armoede vaak van de ene generatie over op de volgende. Ouders dragen hun manier van omgaan met geldzaken (ook onbewust) aan hun kinderen over. Daarnaast gelden in armere stadswijken of families soms andere normen en waarden: doorleren of werken wordt niet gestimuleerd. Dat helpt niet om de armoede te ontgroeien.

Kinderen

8.000 kinderen en jongeren groeien op in een gezin met een inkomen onder de Utrechtse armoedegrens

In 2020 groeide 11,7% van de Utrechtse jeugd tot 18 jaar op in een huishouden met een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens (125% WSM). Het aantal kinderen en jongeren dat leeft in armoede neemt licht af. Van de 6- t/m 11-jarigen groeit 12,6% op in een gezin met een inkomen onder de armoedegrens.

Infogram URL

4.100 kinderen leven in een huishouden dat moet rondkomen van een inkomen op bijstandsniveau

5,9% van de Utrechtse jeugd groeide in 2020 op in een gezin dat moet rondkomen van een inkomen tot bijstandsniveau (101% WSM). Dit percentage neemt in de afgelopen jaren licht af. 2,5% van de jeugd groeit op in een huishouden dat vier jaar of langer leeft van een inkomen tot bijstandsniveau. Dit zijn 1.600 kinderen en jongeren. Tussen 2014 en 2017 steeg het percentage kinderen en jongeren dat opgroeit in een huishouden dat langdurig rondkomt op bijstandsniveau licht en bleef daarna gelijk.

Kinderen uit een eenoudergezin leven vaker dan gemiddeld in armoede

20,8% van de kinderen uit een eenoudergezin leeft in een gezin dat moet rondkomen van een inkomen tot bijstandsniveau. Onder kinderen die met twee ouders wonen is dat 3,5%. Kinderen waarvan de hoofdkostwinner een niet-westerse migratieachtergrond heeft en kinderen uit Overvecht, Zuidwest, Noordwest en Zuid leven ook vaker dan gemiddeld in armoede.

Kinderen die wonen in Overvecht leefden in 2020 het vaakst in een gezin met inkomen tot de Utrechtse armoedegrens (125% WSM)

Infogram URL

Kinderen in een gezin met lage welvaart hebben vaker een minder goede gezondheid en leefstijl

Uit een vragenlijst onder Utrechtse kinderen uit groep zeven en acht van de basisschool blijkt dat kinderen die leven in een gezin met een lage welvaart een minder goede gezondheid en minder kansen op een gezond leven hebben dan kinderen met een hogere gezinswelvaart. 73% van de kinderen uit een gezin met lage welvaart beweegt bijvoorbeeld voldoende. Onder kinderen uit een gezin met hoge welvaart is dat 89%. 23% van de kinderen met een lage gezinswelvaart maakt zich veel zorgen over de toekomst. Dit is 12% onder kinderen met een hoge gezinswelvaart. Lees meer over gezondheidsverschillen bij kinderen in de speciale uitgave

Kinderen in een gezin met lage welvaart hebben minder vaak een goed ervaren gezondheid

Image
83% van de kinderen met een lage gezinswelvaart heeft een goed ervaren gezondheid. Bij gemiddelde welvaart is dat 90% en bij hoge welvaart 92%
Jongeren

12% van de jongeren woont in een huishouden met een inkomen onder de armoedegrens

In 2020 woonde 12% van de 12- tot en met 17-jarigen in Utrecht in een huishouden met een inkomen onder de Utrechtse armoedegrens (tot 125% van het WSM). Dit zijn ongeveer 2.500 jongeren. 7% woonde in een huishouden met een inkomen net iets boven bijstandsniveau (tot 105% van het WSM). 

3% van de Utrechtse jongeren ervaart moeite met rondkomen in het gezin

Van de jongeren uit klas twee en vier van het voortgezet onderwijs in Utrecht ervaart 3% moeite met rondkomen in het gezin. Moeite met rondkomen komt vaker voor bij jongeren uit een eenoudergezin en bij jongeren uit een andere gezinsvorm, zoals bij een eigen ouder en een stiefouder of bij pleegouders of grootouders. Ook komt het vaker voor bij jongeren met een Westerse migratieachtergrond. Hiervan ervaart 5% moeite met rondomen in het gezin.

Image
Jongeren uit een eenoudergezin en jongeren die in een andere gezinsvorm opgroeien, ervaren vaker moeite met rondkomen in het gezin.

Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, voelen zich vaker gestrest

Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, voelen zich vaker gestrest dan jongeren die geen moeite met rondkomen in het gezin ervaren. Stress door de situatie thuis komt meer dan vier keer zo vaak voor bij jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren. Stress door sociale media komt bijna vier keer zo vaak voor.

Image
Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, voelen zich vaker gestrest.

Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, hebben vaker een ongunstige gezondheid

Jongeren die aangeven dat ze moeite met rondkomen in het gezin ervaren, hebben ruim twee keer vaker een verhoogd risico op psychosociale problemen en ernstige eenzaamheid dan jongeren die geen moeite met rondkomen in het gezin ervaren. Daarnaast ervaren ze minder vaak een goede gezondheid, zijn ze minder vaak gelukkig thuis en hebben ze een minder gezonde leefstijl.

Image
Jongeren die moeite met rondkomen in het gezin ervaren, hebben vaker een ongunstige gezondheid.

Gezondheidsmonitor Jeugd in coronatijd

De landelijke corona Gezondheidsmonitor Jeugd is uitgevoerd van oktober tot en met december 2021 onder jongeren van klas twee en vier van het voortgezet onderwijs. De meeste leerlingen in Utrecht vulden de vragenlijst in oktober in. Het aantal besmettingen en ziekenhuisopnames in Nederland steeg sterk in de loop van oktober. Op het moment van dataverzameling golden daardoor verschillende coronamaatregelen, die in november en december steeds verder werden aangescherpt. Nederland stevende weer af op een lockdown. Dit alles heeft invloed gehad op de resultaten van de Gezondheidsmonitor. Op de coronapagina staat een overzicht van de maatregelen die tijdens dit onderzoek golden.

Jongvolwassenen

Drie op de tien jongvolwassenen hebben weinig controle over hun geldzaken

31% van de Utrechtse jongvolwassenen (16 t/m 25 jaar) heeft in mei t/m juli 2022 aangegeven dat zij het gevoel hebben weinig controle te hebben over geldzaken. Dit is hoger dan in 2021, toen gaf 26% dit aan. 23% van de jongvolwassenen geeft aan dat ze zich vaak gestrest voelen door geldzaken of schulden. Van de groep jongvolwassenen geven 21- t/m 25-jarigen, vrouwen en jongvolwassenen die met anderen wonen zoals in een studentenhuis vaker aan dat ze weinig controle hebben over hun geldzaken.

Infogram URL

22% van de jongvolwassen Utrechters geeft aan dat ze schulden hebben

Ruim een op de vijf jongvolwassenen geeft aan dat ze schulden hebben anders dan een studieschuld of hypotheek. Zij hebben een achterstand in betaling, bijvoorbeeld voor huur, online aankopen of een telefoonrekening. Van de 21- t/m 25-jarigen heeft 27% schulden. Onder 16- en 17-jarigen is dit 2%. Jongvolwassenen met een hbo-opleiding, die met anderen wonen zoals in een studentenhuis en jongvolwassenen uit Binnenstad geven ook vaker aan schulden te hebben.
Uit cijfers van het CBS blijkt dat 2% van de 16- t/m 24-jarige Utrechters geregistreerde problematische schulden had in oktober 2021.

Infogram URL

37% van de jongvolwassenen heeft moeite om alles te betalen wat moet

Bijna vier op de tien jongvolwassenen in Utrecht geven aan dat ze moeite hebben om alles te betalen wat ze moeten betalen. 18-plussers hebben vaker moeite om alles te betalen. 42% van de 18- t/m 20-jarigen en 40% van de 21- t/m 25-jarigen geeft dit aan. Onder 16- en 17-jarigen heeft 11% moeite om alles te betalen wat moet. Jongvolwassenen met een hbo-opleiding, die met anderen wonen zoals in een studentenhuis en vrouwen hebben vaker moeite om alles te betalen dan andere jongvolwassenen. 

Jongvolwassenen die wonen in de wijk Overvecht hebben vaker moeite om alles te betalen wat moet 

Image
47% van de jongvolwassenen uit Overvecht heeft moeite om alles te betalen wat moet. In Vleuten-de Meern is dat 28% en in Leidsche Rijn 29%.
Volwassenen: financiële situatie

22.700 huishoudens leven van een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens

14,4% van de huishoudens in Utrecht had in 2021 een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens (125% van het wettelijk sociaal minimum (WSM)). Over de jaren heen neemt het percentage huishoudens met een laag inkomen af. Het percentage huishoudens dat langdurig (minimaal vier jaar) rond moet komen op bijstandsniveau (101% van het WSM) neemt niet af. Meer informatie over armoede in Utrecht lees je in de Utrecht Monitor.

Infogram URL

6,5% van de Utrechters heeft geregistreerde problematische schulden

In oktober 2021 hadden 12.000 Utrechtse huishoudens geregistreerde problematische schulden. Meer informatie over schulden lees je in de Utrecht Monitor.

Een kwart van de volwassenen heeft moeite met rondkomen

24% van de 18- t/m 64-jarigen heeft in het najaar van 2022 aangegeven dat zij in de afgelopen twaalf maanden moeite hadden met rondkomen. Dit is hoger dan gemiddeld in Nederland, maar lager dan in de andere grote steden.  

13% van de Utrechters heeft in de vier weken voorafgaand aan het onderzoek (heel) veel stress ervaren vanwege geldzaken.

Het percentage volwassenen dat moeite heeft met rondkomen is toegenomen tussen 2020 en 2022

Het percentage volwassenen dat moeite heeft met rondkomen stijgt tussen 2020 en 2022 voor verschillende groepen. Zowel voor mannen als voor vrouwen en voor Utrechters met verschillende opleidingsniveaus is het percentage gestegen in 2022. Het zijn vooral de jongere leeftijdsgroepen tussen 18 en 39 jaar die meer moeite met rondkomen zijn gaan ervaren.

Infogram URL

De helft van de Utrechters met basisonderwijs of vmbo heeft moeite met rondkomen

49% van de volwassenen die basisonderwijs of vmbo hebben afgerond, geeft aan dat ze moeite met rondkomen hebben. Dit is hoger dan bij andere volwassenen. Utrechters met een havo-, vwo- of mbo-diploma hebben ook vaker moeite met rondkomen. 33% van hen geeft dit aan. Bij Utrechters met een hbo- of wo-opleiding heeft 18% moeite met rondkomen.

Moeite met rondkomen komt vaker voor bij migranten en kinderen van migranten

34% van de volwassenen die zelf in het buitenland zijn geboren (migrant) en 29% van de volwassenen die kind zijn van een migrant heeft moeite met rondkomen. Alleenstaande ouders en alleenwonenden ervaren ook vaker moeite met rondkomen dan andere volwassenen.

Infogram URL

Volwassenen die wonen in Overvecht, Binnenstad en Oost hebben vaker moeite met rondkomen

Image
37% van de volwassenen die wonen in Overvecht, 31% die wonen in Binnenstad en 29% die wonen in Oost heeft moeite met rondkomen.
Volwassenen: samenhang moeite met rondkomen en gezondheid

Volwassenen die moeite hebben met rondkomen hebben vaker gezondheidsproblemen

Volwassenen (18 t/m 64 jaar) die moeite hebben met rondkomen hebben twee tot drie keer vaker psychische problemen dan volwassenen die geen moeite hebben met rondkomen. Ook hebben zij vaker chronische lichamelijke aandoeningen en bezoeken zij vaker de huisarts, medisch specialist en het buurtteam. Volwassenen die moeite hebben met rondkomen gaan juist minder vaak naar de tandarts.

Volwassenen die moeite hebben met rondkomen (percentage in kleur) hebben vaker gezondheidsproblemen vergeleken met volwassenen die geen moeite hebben met rondkomen (percentage in zwart):

Image
Ernstige eenzaamheid komt 3 tot 4 keer zo vaak voor bij mensen die moeilijk kunnen rondkomen

Volwassen die moeilijk kunnen rondkomen ervaren ruim drie keer vaker onvoldoende regie over hun leven

Utrechters die moeite hebben met rondkomen ervaren veel vaker onvoldoende regie over hun eigen leven dan Utrechters die geen moeite met rondkomen hebben. Ze ervaren hun gezondheid ook bijna drie zo vaak als slecht en geven hun woning en woonomgeving vaker een onvoldoende.

Volwassenen die moeite hebben met rondkomen (percentage in kleur) hebben vaker een slechtere gezondheid en woonomgeving vergeleken met volwassenen die geen moeite hebben met rondkomen (percentage in zwart):

Image
Onvoldoende regie over eigen leven komt 3 tot 4 keer zo vaak voor mij mensen die moeilijk kunnen rondkomen

Utrechters die moeilijk kunnen rondkomen hebben vaker een minder gezonde leefstijl

Volwassenen die moeite hebben met rondkomen hebben minder vaak een gezonde leefstijl. Ze roken ongeveer twee keer vaker dan volwassenen die geen moeite hebben met rondkomen. Ook voldoen volwassenen die moeilijk kunnen rondkomen vaker niet aan de ontbijtnorm en eten ze vaker niet elke dag groente en fruit.

Infogram URL
Ouderen: financiële situatie

Een kwart van de 65-plus huishoudens leeft van een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens

6.600 65-plus huishoudens in Utrecht leefden in 2021 van een inkomen tot de Utrechtse armoedegrens (125% van het wettelijk sociaal minimum (WSM)). Dat is 25% van het totaal aantal 65-plus huishoudens in de stad. 3.200 65-plus huishoudens moeten rondkomen van een inkomen op bijstandsniveau (101% van het WSM).

4% van de 65-plus huishoudens heeft geregistreerde problematische schulden

In oktober 2021 hadden 1.060 65-plus huishoudens geregistreerde problematische schulden.

Een op de zes Utrechtse ouderen heeft moeite met rondkomen

16% van de zelfstandig wonende 65-plussers heeft in het najaar van 2022 aangegeven dat zij in de afgelopen twaalf maanden moeite hadden met rondkomen. Dit is hoger dan gemiddeld in Nederland, maar lager dan in Amsterdam en vergelijkbaar met Rotterdam en Den Haag.  

Het percentage ouderen met moeite met rondkomen is gestegen tussen 2020 en 2022. Er is vooral een sterke stijging zichtbaar bij 80-plussers en ouderen met basisonderwijs of een vmbo-opleiding.

Infogram URL

 

65-plussers met basisonderwijs of vmbo en migrantenouderen hebben vaker moeite met rondkomen

25% van de ouderen die basisonderwijs of vmbo hebben afgerond geeft aan dat ze moeite met rondkomen hebben. Dit is hoger dan bij andere ouderen. Van de 65-plussers met een hbo- of wo-opleiding geeft 6% dit aan. Ouderen die in het buitenland geboren zijn hebben ook vaker moeite met rondkomen dan andere ouderen. 35% van hen geeft dat aan.

Ouderen die wonen in de wijken Noordwest en Overvecht hebben vaker moeite met rondkomen

Image
30% van de ouderen in Noordwest en 25% van de ouderen in Overvecht heeft moeite met rondkomen.
Ouderen: samenhang moeite met rondkomen en gezondheid

Ouderen die moeite hebben met rondkomen hebben vaker gezondheidsproblemen

65-plussers die moeite hebben met rondkomen hebben vaker psychische problemen dan ouderen die geen moeite hebben met rondkomen. Ouderen die moeite hebben met rondkomen geven bijvoorbeeld drie tot vier keer vaker aan dat ze een angststoornis of depressie hebben. Ook hebben zij vaker chronische lichamelijke aandoeningen dan 65-plussers die geen moeite hebben met rondkomen. 

Image
18% van de ouderen met moeite met rondkomen heeft een angststoornis en 28% een depressie. Bij 65+ zonder moeite met rondkomen is dat 5% en 8%

Ouderen die moeilijk kunnen rondkomen hebben vaker een minder gezonde leefstijl

Ouderen die moeite hebben met rondkomen hebben minder vaak een gezonde leefstijl. Ze voldoen bijvoorbeeld drie keer minder vaak aan de ontbijtnorm en eten minder vaak dagelijks fruit dan 65-plussers die geen moeite hebben met rondkomen.

Image
47% van de ouderen met moeite met rondkomen eet niet elke dag fruit. Onder ouderen zonder moeite met rondkomen is dat 35%

Ouderen die moeite hebben met rondkomen hebben ruim anderhalf keer vaker een slecht ervaren gezondheid

65-plussers die moeite hebben met rondkomen hebben vaker een slecht ervaren gezondheid dan ouderen die geen moeite hebben met rondkomen. Ook geven ze 2,5 keer vaker aan dat ze onvoldoende regie over hun eigen leven hebben. Daarnaast ervaren ze hun fysieke leefomgeving vaker als slechter dan ouderen die geen moeite hebben met rondkomen.

Image
63% van de ouderen met moeite met rondkomen heeft een matig tot slecht ervaren gezondheid. Onder ouderen zonder moeite met rondkomen is dat 36%